Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], De [1]hoofdsom nu der dingen, waarvan wij spreken, is, [dat] wij hebben zodanigen Hogepriester, Die gezeten is [2]aan de rechter[hand] van den troon der Majesteit in de hemelen: 1. Of het hoofdstuk onder, of in de dingen; d.i., het voornaamste; want beide betekent het Griekse woord kephalaion. 2. Dat is, aan de rechterhand Gods die gezeten is op den troon zijner majesteit of heerlijkheid, in den derden of hoogsten hemel. Zie hiervoor hfdst.1 vs.3; Hand.3:21.